Maakt Sport Gelukkig?

Klaar voor de start? Klaar voor de sportiefste tijd van het jaar: de Worldcup hockey, Wimbledon en het WK-voetbal? Natuurlijk ben je klaar! Het enige fysieke wat jij hoeft te doen, is bier halen, juichen en zitten op je luie kont.

Is dat erg? Nee. Allang heerst in Nederland de gedachte dat je alleen maar succesvol en gelukkig kan zijn als je niet alleen kijkt, maar zelf ook veel sport. Maar het moet maar eens afgelopen zijn met het schuldgevoel van miljoenen Nederlanders die te weinig zouden sporten, daarbij aangejaagd door eencellige voetbalprominenten als Louis van Gaal en Johan Cruijff.

Bioloog Midas Dekkers legt het in zijn boek Lichamelijke Oefening allemaal uit. Zelf geen liefhebber stelt hij dat het Latijnse citaat: mens sana in corpore sano, een gezond verstand in een gezond lichaam, een van de grootste misverstanden over sport is. Deze zin is toegeschreven aan de Romeinse dichter Juvenalis. Volgens Dekkers bedoelde deze het niet als een vermaning maar als een verzuchting. Hij dicht inderdaad alleen maar over de lichamelijke en geestelijke aftakeling van oude mensen. Na een opsomming over de nadelen van langer leven (kaal worden, druipneuzen, dementie) zegt Juvenalis: “wil je toch nog iets verlangen, bid dan om een gezond verstand in een gezond lichaam”.

Het woord ‘sport’ neemt hij helemaal niet in de mond! De ontstane vergissing is dat iedereen denkt dat een gezonde en gelukkige geest alleen maar wil wonen in een gezond en sportief lichaam. Vergeet niet dat zwakke of a-sportieve lichamen grootse dingen kunnen presteren en niet per definitie ongelukkig zijn. Denk aan de zwaar gehandicapte maar briljante natuurkundige Stephen Hawking die pas nog een lezing gaf in Utrecht. Of aan de twee sterke geallieerde leiders van de Tweede Wereld Oorlog, de gehandicapte Amerikaanse President Franklin D. Roosevelt en de dikke immer sigaar rokende Winston Churchill. Een journalist vroeg de laatste ooit: “hoe heeft u dit alles (ministerposten, oorlogspremier, Nobelprijs voor de Literatuur, kunstschilder) toch kunnen klaarspelen in uw leven?” Churchill’s antwoord was kort: “no sports.”

Op de vraag: kan een mens überhaupt aan zijn eigen gezondheid werken?, antwoordt Dekkers: “Een beetje wel. Daarom is het verstandig om weinig alcohol te drinken, niet te vet te eten, geen drugs te gebruiken en af en toe eens lekker te wandelen in de natuur.” Daarna verzucht hij: “Aan de meeste gezondheidsproblemen is niets te doen, die zijn erfelijk.”

Volgens Dekkers is de mens doorgeslagen op gezondheidsgebied. Doordat hij overdag stil achter een bureau zit, moet hij zichzelf ’s avonds uitlaten en ontladen door te sporten. Alleen niemand heeft hem gevraagd om dat in extreme mate te doen! Door overmatig sporten kan een mens zijn lichaam uitputten en opblazen. De eerste marathonloper ooit, Phidippides, stierf zelfs nadat hij de 42 kilometer had gerend. Ook tegenwoordig is sport regelmatig dodelijk en dan heb ik het nog niet eens over al die honderdduizenden blessures die ons Nederlanders teisteren.
De vraag is denk ik niet of je moet sporten, maar of je moet bewegen. Ja! Volgens ons nationale Voedingscentrum liefst 30 minuten per dag. Als je op gewicht wil blijven zeker 45 tot 60 minuten per dag. Dit hoeft alleen niet per se door sport. Je kunt ook de fiets nemen naar je werk, tuinieren, altijd traplopen of regelmatig een wandelingetje maken (bijvoorbeeld naar de koelkast;-).

Ik wens je al met al een fijn maar vooral a-sportief WK toe.