400 jaar oude zelfhulptips

Balthasar Gracián was de Ben Tiggelaar van het Spanje van de 17e eeuw. Leermeester van tal van hooggeplaatste personen en schrijver van tijdloze boeken over hoe je succesvol en gelukkig kon zijn in het leven.  Alleen MBA’s in één dag deed deze geestelijke niet.

Centraal in zijn filosofie stond het intellect (‘vernuft’) en belangrijker: hoeveel iemand daar uithaalt (‘aard’). Een persoon kan nog zo slim zijn, maar als hij daar niet behendig mee omgaat, komt hij niet ver in de maatschappij.  Andersom hebben veel mensen misschien niet zo’n hoog IQ , maar zijn zij wel behoorlijk streetwise en daardoor succesvol . “Handige mannetjes,” noemt mijn moeder die.

In het boek ‘de Levenskunstenaar’ stelt Gracián dat de mens naar vermogen kan presteren als zijn aard en vernuft goed op elkaar aansluiten. Jezelf kennen en beheersen is hierbij van groot belang. Volgens de Spanjaard hebben teveel mensen een blinde vlek als het gaat om hun eigen doen en laten. In het boek geeft hij 24 punten waarmee je meer uit jezelf kunt halen.  Ik heb helaas maar plaats voor drie.

  1. Wees een man van alle uren. Volgens Gracián zijn teveel mensen stokpaardberijders die “je verpletteren onder de steen van hun eeuwige thema’s.” Je kent waarschijnlijk wel mensen met wie je altijd hetzelfde gesprek voert (of ligt dit aan jou?). Geen vijf minuten kun je met ze praten of ze hebben het weer over hun vervelende baas, hun specialisme of erger nog zichzelf. Hoe onaantrekkelijk is dat? De levenskunstenaar wisselt gracieus van gespreksonderwerp en praat even makkelijk mee over de vluchtelingencrisis, een naderend beoordelingsgesprek of je mislukkingen op Tinder. Dit is een persoon die alle uren het juiste gespreksonderwerp paraat heeft.
  1. Maak de juiste keuze. Ontzettend belangrijk in onze (consumptie)maatschappij en mijn eeuwige frustratie. Hoe kies je uit al die ontelbare opties het juiste? Gracián windt er geen doekjes om: “Volmaaktheid impliceert kiezen”, zeker als je van plan bent om het leven naar je hand te zetten. Kijk, als er geen mogelijkheden zijn, is het makkelijk. Dan moet je   blindelings accepteren wat kan, maar als je niet in staat bent om  “trefzeker te kiezen moet je het zoeken in de raad of voorbeeld van anderen, want om te slagen moet men zelf weten of anders luisteren naar degenen die weten.”  Voor materiele zaken ben ik daarom lid van de Consumentenbond, voor life issues ga ik te rade bij mijn vrienden van alle uren (zie 1).
  1. Zorg voor een goede nasmaak. “Een wijze vrouw laat de dingen los, voordat zij haar loslaten.”  Na een mooi begin blijven veel mensen te lang  vasthouden aan die ene klant, partner of baan. Eigenlijk weet je wel dat het een aflopende zaak is, maar toch houd je vol totdat zij jou op een dag aan de kant zetten. De tip van Gracián (let op Danny Blind!) is om in alle gevallen je eigen afscheid zo goed en eerlijk mogelijk te orkestreren, zodat de smaak in je mond niet zo bitter is.

En Gracián zelf?  Hij had een glorieuze carrière aan het Spaanse hof, dat een wespennest was, en zijn boeken worden nog steeds gelezen.  Maar zijn einde was tragisch. Een publicatie viel in verkeerde aarde, hij werd gestraft,  verzwakte en stierf niet veel later. Een nare nasmaak voor deze boeiende managementgoeroe avant la lettre.

7 manieren om jouw werkgeluk te vergroten

Ben jij die persoon die ten onder gaat aan stress en lange werkdagen terwijl je ondertussen alleen bent gericht op carrière, hypotheek en loonsverhoging? In het boek How much is enough? stellen de Britse vader en zoon Skidelsky de volgende diagnose voor de Westerse mens: we gaan collectief gebukt onder een grenzeloze zucht naar geld.

De gerenommeerde professoren economie en filosofie vinden het wel genoeg en bedachten zeven alternatieve basisvoorwaarden die elk mens nodig heeft voor meer geluk op het werk. Op veel van deze punten valt inderdaad nog een wereld te winnen.

  1. Nederland is ziek zei premier Lubbers in 1990 toen het aantal arbeidsongeschikten de miljoen naderde. Hervormingen volgden. In 2015 staat de teller op 800.000. Nog steeds geen gering aantal. De hamvraag voor elke werknemer is: voel jij je gezonder door jouw werk? Nee? Dan is het de hoogste tijd voor een verandering, voordat ook jij op de deur van de arboarts moet kloppen…
  1. Dit beeld houd ik aan het terugkerende thema in mijn trainingen over: de bureaustoel van de Nederlander zit lekker, het beeldscherm is perfect afgesteld, de soep in de kantine is te doen, maar een onweersbui doemt op aan het einde van de kantoorgang. Als het die vervelende manager niet is, dan wel die hoge werkdruk of erger die naderende reorganisatie met baanverlies. Kent Hollandse werktijd nog wel gezelligheid?
  1. “Ik word niet serieus genomen,’ is geen zinnetje dat alleen draaideurcriminelen of voetballers op de reservebank zeggen. Hoeveel conflicten in organisaties zijn niet begonnen door mensen die zich verwaarloosd voelen? Vroege symptomen zijn klachten over beoordelingsgesprekken en karige kerstpakketten. Slimme managers smijten daarom met waardering!
  1. Elk bedrijf in Nederland claimt dat je jezelf mag zijn. Toch klagen mensen dat managers hen stiekem regeren door regels, competentieprofielen en trainingen (sorry). En anders zorgen collega’s wel dat je binnen de norm blijft. Authenticiteit is daarom het ultieme bullshitbingowoord, want wie draagt er nu geen masker op kantoor?
  1. Harmonie met de natuur. Ha, de natuur staat al eeuwen bekend als een grote geluksfactor, maar tenzij je boswachter of boer bent, moet de gemiddelde Nederlander het doen met de glinsterende condensdruppel op de kunstvaren of die fijne lunchwandeling langs een industrieterrein. Stop eens met lezen, haal diep adem, hoeveel natuur ruik je?
  1. Veel geliefden vinden elkaar op het werk, maar wat dacht je van vrienden? Je ziet collega’s meer dan je beste maten en door al die uren samen ken je ze door en door. Neem je werk niet mee naar huis is een oude wijsheid, maar kijk niet vreemd op als je het weekend ook met vrolega’s doorbrengt of anders in eenzaamheid uitkijkt naar maandagochtend negen uur bij de koffieautomaat.
  1. Vrije tijd. De beroemde econoom Keynes voorspelde begin twintigste eeuw dat we door de technologisering in de 21e eeuw nog maar 4 uur per dag zouden hoeven werken. De rest van de dag zouden we kunnen gebruiken voor zelfontplooiing. Maar wat is er gebeurd? We zijn alleen maar langer gaan werken! En daarnaast zijn we veel tijd kwijt aan transport, tv en tablet. Zeg eens eerlijk, wanneer voelde jij je voor het laatst echt vrij?

Dit waren 7 punten waarmee jij jouw geluk op het werk volgens de Skidelsky’s kan laten groeien. Over hoeveel ben jij tevreden? Is er nog werk aan de winkel?

Waar het écht om draait in het leven

Wachten, wachten, wachten, afspraken maken onder voorbehoud, vrienden die niet meer bellen, maar wel hun telefoon direct opnemen alsof ze een wanhopige eindredacteur zijn die nog geen voorpaginanieuws heeft voor de volgende dag, ja zo is mijn leven op dit moment.

Het zijn onzekere tijden als je vriendin ver over de uitgerekende datum heen is. Gelukkig is er een compleet verloskundigengilde die je met termen als 41-5, vliezenbreker of dreigende serotiniteit deskundigheid inboezemen. Maar als je pech hebt verwijzen ze je even later naar de zoetsappige zwangerschapsboeken van Beatrijs Smulders die volstaan met gouden tips als ‘vrijen of een beetje wonderolie wil ook weleens helpen om de lawine van de bevalling een laatste zetje te geven.” Helpt niet.

Zelf grijp ik liever naar Anna Karenina. Lev Tolstoj’s boek is wereldberoemd door de vermaarde openingszin: ‘Alle gelukkige gezinnen lijken op elkaar, elk ongelukkig gezin is ongelukkig op zijn eigen wijze’, en (spoileralert!) door het lot van het titelpersonage: mooie vrouw gaat vreemd, verlaat man en kind, en gooit zich uiteindelijk zielsongelukkig voor een trein. Minder bekend is de verhaallijn van de sympathieke Lewin, het romanfiguur dat Tolstoj naar verluid op zichzelf baseerde. Hij twijfelt over alles en is naarstig op zoek naar antwoorden op de vraag hoe hij moet leven. Het maakt het boek tijdloos. Lewin overkomen dingen, die wij allemaal anderhalve eeuw later nog steeds meemaken, zoals het lopen van blauwtjes, een familielid dat sterft, een huwelijk en jawel een zwangerschap.

Altijd als ik me op onbekend terrein begeef, vraag ik me af hoe Lewin daar mee omging en over mijmerde. Nu heb ik hem nodig, want de baby is 12 dagen overtijd en dat heb ik nog nooit meegemaakt. Maar dat is niets vergeleken bij wat die arme Lewin moet meemaken.  Zijn vrouw Kitty is zwanger en twee maanden over tijd. 11 maanden in verwachting zijn, dat kon blijkbaar nog in het Rusland van de 19e eeuw! Lewin wordt behoorlijk ongeduldig en ongerust. Alles zal toch wel goed zijn? Hij zoekt zijn heil in politieke bijeenkomsten, afspraken en drank (dat laatste is een idee!).

Dan breken eindelijk de vliezen en begint Lewin’s hel pas echt. “Al die gewone levensvoorwaarden, zonder welke men zich niet denken kan, bestonden niet langer voor hem. Hij had ieder begrip van tijd verloren.‘ Hij denkt (hij mag er niet bij zijn) alleen maar aan zijn lijdende vrouw terwijl hij af en toe gestoord wordt door de geroutineerde dokter die in zijn pauzes alleen maar wauwelt over onbenulligheden.

Als Lewin alleen is dwalen zijn gedachten af naar het sterfbed van zijn broer en constateert hij dat de dood van zijn broer op een lijn staat met de aanstaande geboorte van zijn kind. ‘Maar dat was smart en dit was vreugde. Ze vormden als het ware een opening in het gewone leven, waardoorheen iets hogers zichtbaar werd.’

Zulke gedachten van Lewin zocht ik. Ik sta al weken bevroren in een ongeduldige pauzestand, maar wel voor ‘iets hogers’, een glimp van waar het om draait hier op aarde: het begin van een leven. Hopelijk land ik daarna net als Lewin weer snel in de oude vertrouwde wereld, die dan ‘straalt in een nieuwe glans van geluk.’